• Berichtcategorie:Gezond leven
  • Bericht reacties:0 Reacties
  • Leestijd:8 minuten gelezen

De allereerste voedingstheorie waar ik mee in aanraking kwam toen ik me begon te verdiepen in gezondheid, was die uit de traditionele Chinese geneeskunde (TCG), dat duizenden jaren oude gezondheidssysteem waartoe ook de acupunctuur behoort. Hoewel die eerste kennismaking ondertussen al twintig jaar geleden is, blijf ik tal van principes uit de TCG in mijn keuken toepassen. Het is immers een systeem dat erg logisch in elkaar zit en gebaseerd is op oude kennis, op gezond boerenverstand, zou je kunnen zeggen.

Het heeft me al meermaals behoorlijk geholpen en de laatste keer dat dit systeem me van mijn sokken blies, was toen ik enkele jaren geleden aan het herstellen was van corona en ik long covid kon voorkomen door een mix van toepassingen uit de TCG, kruiden en zelfzorgtechnieken. Hoewel ik wetenschappelijke kennis erg naar waarde schat, kan de wetenschap helaas nog niet alles verklaren en daar waar de wetenschap nog in het duister tast, kan TCG ons dikwijls heel wat inzichten geven. Veel van de zogezegd onverklaarbare (chronische) symptomen, zijn volgens de TCG dan ook net heel logisch verklaarbaar.

TCG = afgestemd op jouw individuele constitutie en conditie

In de moderne voedingsleer evalueren we voedingsmiddelen aan de hand van cijfers en meetbare eenheden, zoals calorieën of de hoeveelheid koolhydraten, vetten of eiwitten erin. Hoewel dat heel nuttige en noodzakelijke kennis is, zegt het ons niks over de verteerbaarheid van die voedingsmiddelen en het effect ervan op ons lichaam. Je kan dat immers maar moeilijk meten. TCG kijkt daarom niet zozeer naar deze meetbare waarden, maar wel naar het effect dat het voedsel heeft op je spijsvertering, je energieniveau en zelfs je slaap.

Eén van de belangrijkste verschillen tussen de westerse dieetleer en de TCG is, dat die laatste vertrekt vanuit jouw individuele constitutie en conditie: iedereen is verschillend en dus is het ook niet meer dan logisch dat iedereen verschillende voedingsbehoeften heeft. Terwijl de ene goed gedijt op een ontbijt van yoghurt met granola en fruit, krijgt de andere er een voortdurend opgeblazen buik, een vermoeid gevoel en koude handen en voeten van. Terwijl de ene energiek wordt van gemberthee, verergert het de slaapstoornissen en de opvliegers van de andere.

Volgens de TCG bestaan er dan ook geen “goede” of “slechte” voedingsmiddelen, maar wel voedingsmiddelen die geschikt of minder geschikt zijn voor een bepaald persoon.

Zo beschouwen westerse voedingsdeskundigen groene thee (en matcha) als een gezonde drank voor iedereen omwille van de hoge hoeveelheid antioxidanten. Ook de TCG apprecieert die gezondheidsvoordelen, maar nuanceert daarnaast dat deze drankjes een zeer verkoelend en drogend effect op je lichaam hebben. Ze zullen dan ook niet gauw worden aangeraden aan mensen die last hebben van een droge huid, droge ogen, mond of vaginale droogte of aan mensen die voortdurend kou hebben.

Een goeie vertering als basis voor een goeie gezondheid

Het systeem is er ook op gericht om voedsel door specifieke bereidingstechnieken en het gebruiken van kruiden en specerijen zo goed mogelijk verteerbaar te maken. En laat verteerbaarheid nu ook iets zijn waar de moderne metabolismeleer zich heel erg op focust: hoe slechter verteerbaar, hoe slechter het effect van het voedingsmiddel op je metabolisme.

Een systeem als de TCG kan daarom een handige tool zijn om je een inzicht te verschaffen in de vraag waarom je sommige voedingsmiddelen goed verdraagt en andere niet. Ze geven je bijvoorbeeld inzicht in de reden waarom de ene persoon altijd een opgeblazen buik krijgt na het eten van (te veel) rauwkost, terwijl de andere daar geen last van heeft. Met andere woorden: waarom verteert een ‘gezond’ voedingsmiddel bij de ene persoon zonder problemen en bij de andere niet?

Je spijsvertering is als een vuur dat je brandende moet houden

In de TCG wordt je spijsvertering vergeleken met een soort van vuur dat je brandende moet houden. Voedingsmiddelen kunnen dat verteringsvuur aanwakkeren – de zogenaamde ‘warme’ voedingsmiddelen – of vertragen – de zogenaamde ‘verkoelende’ voedingsmiddelen. De woorden warm en koud worden hier uiteraard niet letterlijk maar wel symbolisch gebruikt om aan te duiden wat het effect van bepaalde voedingsmiddelen op je spijsvertering zal zijn. Op het eerste gezicht zal dit je niet veel zeggen, maar waarschijnlijk wordt het wel duidelijk als ik het illustreer aan de hand van een watermeloen en een stuk gember. Mocht je met een thermometer de temperatuur van de watermeloen en de gember opnemen, dan zou er tussen de twee waarschijnlijk geen verschil zijn (tenzij je de ene in de koelkast bewaarde en de andere in de felle zon). ‘Koud’ en ‘warm’ gaan hier dus niet over temperatuur, maar wel over het effect dat die voedingsmiddelen op je lichaam hebben.

Stel: het is een zwoele, broeierige dag in augustus en het is 33 graden buiten. Heb je dan zin in een stuk watermeloen of in appeltjes met kaneel en gember? Ik denk dat iedereen op deze vraag hetzelfde antwoord geeft (tenzij je metabolisme zodanig ontregeld is dat je het altijd koud hebt). Nog een voorbeeld: het is putteke winter, het vriest dat het kraakt en je hebt net een wandeling door een dennenbos gemaakt bij -4 graden. Waar heb je zin in? Een stuk watermeloen of tomaten met mozzarella? Waarschijnlijk niet! Dat bedoelen die Chinezen dus met de thermische werking van voeding.

De clou van dit verhaal is dat je voor een goeie spijsvertering moet trachten om de balans tussen warme en koude voedingsmiddelen te bewaren. Ik hoor je ondertussen al denken: hoe kan ik in godsnaam weten wat de thermische werking van voedingsmiddelen is. Van watermeloen of komkommer is het misschien wel duidelijk dat die voor een heerlijke koelte zorgen op een warme zomerdag, maar wat met aardappelen of kaas? De Chinese voedingsleer kan je uiteraard niet volledig uit de doeken doen in een blogartikel, maar gelukkig loont het al de moeite wanneer je puur de basisindeling van de voedingsmiddelen onthoudt, en dat is de volgende:

“Warme” voedingsmiddelen

zijn vaak aromatisch of een beetje pikant. Denk aan heel wat kruiden en specerijen, maar ook aan uien, chili(pepers), knoflook, koffie en de meeste alcoholische dranken. Ook de meeste vleessoorten hebben een ‘verwarmende’ thermische werking.

“Verkoelende” voedingsmiddelen

smaken meestal mild of zijn sappig. Denk aan fruit, rauwe groenten en zure zuivelproducten. Brood, graanproducten op basis van bloem en heel zoet of suikerrijk voedsel horen in de categorie ‘koud’.

Neutrale voedingsmiddelen

vind je bij de drie voedende macronutriënten: vetten, eiwitten en koolhydraten. Vetten onder de vorm van bijvoorbeeld olijfolie of boter. Eiwitten onder de vorm van vis, eieren of peulvruchten en koolhydraten onder de vorm van aardappelen, granen in hun hele vorm en bereide groenten (dus geen rauwe groenten).

Volgens de TCG neem je voor een optimale spijsvertering het gros van je voeding uit de neutrale voedingsmiddelen, aangevuld met een kleinere hoeveelheid verwarmend en verkoelend voedsel.
Al lijkt deze zienswijze voor ons misschien ietwat raar, deze oude kennis bestond ook hier, alleen zijn we ze kwijtgeraakt.

Wil je meer leren over de voedingsprincipes uit de TCG? Dat kan in de cursussen die ik over dit onderwerp geef:

Klik hier voor meer info over de basiscursus.

Klik hier voor meer info over de spijsvertering volgens TCG (het aarde element).

Deel deze pagina:

Geef een reactie