De voorbije tien jaar heb ik niet alleen veel met kruiden geëxperimenteerd, maar ook met voeding. Van soja ben ik nooit fan geweest. Tofu of tempeh at ik vroeger nog wel eens, maar hoe hard ik het ook kruidde en met hoeveel groenten ik het ook combineerde: ik vond het steevast smakeloze brokjes in mijn bord.
Het verbruik van sojaproducten zit echter in de lift. Door alle op zijn minst verontrustende berichten over de vleesindustrie en door de negatieve verhalen over melk en zuivel, zijn we met zijn allen blijkbaar overgeschakeld naar soja. Alpro – “enjoy plant power” – is een even grote speler op de markt geworden als zeg maar een Danone. Soja wordt verondersteld veel proteïne te bevatten, weinig calorieën en cholesterol en wordt gepromoot als licht verteerbaar. Maar klopt dit allemaal wel? Om een antwoord te geven op deze vraag moeten we eens gaan kijken naar de geschiedenis van soja.
In het Oosten werd soja nooit als basisvoedsel gebruikt. Oorspronkelijk werd de plant enkel gebruikt in de landbouw om stikstof in de grond te brengen en de grond zo rijker te maken voor andere, wel eetbare gewassen als rijst en gerst. Pas toen fermentatie werd ontdekt, begon men soja te eten. De eerste sojaproducten die gegeten werden, waren allemaal gefermenteerd: miso, shoyu, natto en tempeh. Slechts een hele tijd later ontdekte men hoe men tofu kon maken. Tofu was echter nooit basisvoeding. Tenzij in perioden van schaarste, wanneer er geen vis, gevogelte of vlees was, werd het altijd in heel bescheiden hoeveelheden gebruikt. Monniken gebruikten het wat meer, omdat ze merkten dat ze hierdoor geen problemen meer hadden om hun libido te onderdrukken.
Van sojadrinks, sojaroom, sojayoghurt, soja ijs, sojameel, sojaburgers en -worsten is er nooit sprake geweest in het traditionele Aziatische dieet. Het zijn namaakproducten, geen producten die je voor je gezondheid eet. Dit soort van ongefermenteerde sojaproducten bevatten namelijk een resem aan stoffen die niet goed zijn voor ons lichaam.
- Eén van de meest nadelige stoffen in ongefermenteerde sojaproducten zijn trypsine inhibitoren, dat zijn stoffen die de eiwitvertering verstoren. Gevolg: last van je spijsvertering, opgeblazen gevoel, winderigheid, …
- Soja bevat ook heel veel fytaten. Dat zijn stoffen die de opname van calcium, magnesium, ijzer en vooral zink, blokkeren. Fytaten zitten ook in andere voedingsmiddelen als granen en bonen, maar geen enkel voedingsmiddel bevat er zoveel van als soja.
- Soja is ook rijk aan oxalaten, stoffen die aanleiding geven tot nierstenen
- Soja heeft remt je schildklierwerking en kan zo onder andere leiden tot vermoeidheid, constipatie, vertraagde stofwisseling en kouwelijkheid.
- Bij dagelijks gebruik gaat er van soja een overdreven oestrogene prikkel uit. Bij jonge meisjes kan dat leiden tot problemen als vroegtijdige puberteit, cyclusproblemen en later onvruchtbaarheid en borstkanker. Bij jongens is er kans op te late puberteit en verminderde ontwikkeling van de geslachtsdelen. Een te hoge sojaconsumptie draagt ook bij aan immuunstoornissen en prikkelbare darm.
- Soja staat in de top tien van de allergenen (nog voor tarwe en gluten). Allergie tegen soja is bijna even algemeen als allergie aan koemelk.
- Al is soja een compleet eiwit, het bevat nauwelijks cysteïne en methionine. Dat zijn twee aminozuren die zeer belangrijk zijn omwille van hun ontgiftende eigenschappen. Soja bevat geen vitamine B12, vitamine A en vitamine D, terwijl de consumptie ervan net de behoefte aan deze vitaminen verhoogt.
In een notendop: de traditionele, gefermenteerde sojaproducten (vooral wanneer ze gemaakt zijn met biologische sojabonen) kunnen met mate hun plaats hebben in een evenwichtig, volwaardig dieet.
Niet-gefermenteerde sojaproducten kan je beter laten voor wat ze zijn. Ze dragen in het beste geval zeker niet bij aan je gezondheid… en in het slechtste geval hebben ze er een nadelig effect op. Het gebruik van soja als hoofdbron van eiwitten is op zijn zachtst gezegd misplaatst. Maar wat moeten we dan eten? Om het met Michael Pollan te zeggen: “Eet écht voedsel, vooral planten en niet teveel”