Over zonnecrème en vitamine D.

Dit is het! Dit is mijn weer… Hoe warmer het wordt, hoe liever ik het heb. Warm weer maakt alles aangenamer vind ik: werken, vroeg opstaan, poetsen, … alles gaat makkelijker als het warm is. Bovendien geeft de zon je meer energie dan koffie, brandnetelinfusie en kippenbouillon samen. De zon is wat mij betreft een über superfood! Zo spijtig dat we er met z’n allen zo’n angst van hebben.

De zon is nochtans noodzakelijk voor ons en onze planeet: geen zon = geen leven en al helemaal geen kruiden. De zon is ook van essentieel belang voor de gezondheid van ons lichaam, maar toch jagen negatieve berichten over het gat in de ozonlaag en de agressieve stralen van de zon ons schrik aan.

Nu heb ik helemaal begrepen dat zonnebrand geen pretje is. Ik pleit dan ook helemaal niet voor dagenlang bakken en braden in de zon (niet mét of niet zónder zonnecrème). Maar je huid insmeren voor elk half uur dat je in de zon doorbrengt, zou in tegenstelling tot wat we denken wel eens negatieve effecten kunnen hebben. Vind je dat raar? Ik zal het even uitleggen.

Uit een hele resem wetenschappelijke studies blijkt dat veel te veel mensen die in een klimaat als het onze leven, lijden aan een chronisch tekort aan vitamine D. Of je huid vitamine D kan aanmaken door de zon (de belangrijkste bron van vitamine D), hangt af van het uur waarop je je in de zon begeeft (‘s ochtends en ‘s avonds is er geen vitamine D aanmaak) en van het seizoen (enkel in de zomer is bij ons de zonnekracht hoog genoeg). Verder zijn er nog andere factoren, zoals bewolking, smog en ozon in de atmosfeer, die de hoeveelheid UVB-stralen beperken. En laat het nu net die UVB-stralen zijn die je nodig hebt voor de vitamine D aanmaak.

De tijd waarin onze huid in staat is om met zonlicht vitamine D aan te maken is dus sowieso beperkt. Gaan we nu onze huid lekker insmeren vooraleer we ons in de zon begeven, dan verminderen we onze vitamine D aanmaak met maar liefst 99 % ! Niet niks, toch? En vitamine D is meer dan gewoon maar een vitamine: het is eigenlijk een hormoon dat van cruciaal belang is voor onze gezondheid. Meer en meer wordt de rol van vitamine D gebrek in ziekten met een metabole, immunologische of cardiovasculaire component erkent. Bij chronische gezondheidsproblemen, auto-immuunziekten of ziekten met een hoge ontstekingscomponent (hart- en vaatziekten, reuma, …) is er altijd een gebrek aan vitamine D terug te vinden. Ik weet niet hoe het bij jou zit, maar persoonlijk ken ik zowat niemand meer die géén vitamine D tekort heeft.

Een bijkomend probleem is dat vitamine D moet worden aangemaakt uit cholesterol en dat er ondertussen ook een kruistocht begonnen is tegen deze stof (die trouwens óók noodzakelijk is voor onze gezondheid). Kunnen we onze voorraad vitamine D niet door de zon laten verzorgen, dan hebben we voedingsmiddelen als orgaanvlees, boter, eieren, pensen of haring nodig om de boel nog een beetje op orde te houden. Maar, euhm, … vet, weet je wel. De blik die sommige mensen hebben als ze spreken over “goei boter” of spek of eieren. Het lijkt wel of ze een misdaad begaan hebben. En toch haal je meer voedingsstoffen, waaronder ook wat vitamine D, uit die voedingsmiddelen dan uit eender welke groene smoothie. Het klinkt alleen minder hip.

Wil je er toch een punt van maken om je vitamine D voorraad uit de zon te halen, dan maak je er best een punt van om tussen de 20 en 60 minuten per dag op het juiste tijdstip in de zon te zitten zonder zonnecrème met blote armen en liefst ook met een bloot bovenlijf. Of je effectief vitamine D kan aanmaken op het tijdstip dat je wil gaan zonnen, kan je uittesten door een stok in de grond te steken. Als de schaduw die je ziet minder lang is dan de lengte van de stok, dan kan je vitamine D aanmaken. Is de schaduw langer, dan is het wachten op een beter moment.

Veel genot tijdens je vitamine D bad! Ik zal er ook eens aan beginnen se!